Woningen voorzien van materialenpaspoorten…wat betekent dit?

Recent onderzoek van gebiedsontwikkelaar BPD (Bouwfonds Property Development) wijst uit dat 90% van de consumenten belangstelling heeft voor duurzaam wonen. Frans Holleman, directeur regio Noord-Oost & Midden van BPD, realiseert zich maar al te goed dat BPD als gebiedsontwikkelaar hier een belangrijke rol in kan spelen: “Als gebiedsontwikkelaar staan wij aan de start van nieuwe woongebieden. Dit geeft ons een regierol in de keten. In onze duurzaamheidsambities zijn het (her)gebruiken van grondstoffen en het beperken van afvalstromen bij de bouw van nieuwe woningen en de inrichting van gebieden integraal opgenomen. We kunnen dit echter niet alleen waarmaken. Daarom zijn we met onze ketenpartners een leertraject gestart hoe we nieuwbouwwoningen circulair kunnen ontwikkelen. Een belangrijke stap om grip te krijgen op de circulaire waarde van nieuwbouwwoningen, is een materialenpaspoort. We starten met 1.000 te ontwikkelen woningen in Noord-Oost & Midden Nederland voorzien van een materialenpaspoort in Madaster. Hiermee hebben 1.000 eigenaren van nieuwbouwwoningen straks inzicht in welke ‘ingrediënten’ er in hun woning zitten, én hoe circulair de woning is.”  BPD draagt hiermee bij aan de hedendaagse behoefte om duurzaam te wonen. Maar wat betekent het voor bouwers en leveranciers? We vroegen het Antoinette Wilmot, commercieel directeur bij Reinbouw en Gerhard Hospers, Adjunct Directeur Greenworks bij Raab-Karcher.

“Hergebruik van grondstoffen en beperken van afvalstromen vragen om een gezamenlijke inspanning in de keten.”

Reinbouw is een van de bouwers die participeert in het leertraject van BPD om nieuwbouwwoningen te voorzien van een materialenpaspoort. Kerntaken van de Reinbouwgroep zijn: ontwikkelen, bouwen, renoveren, onderhouden en transformeren van ruimten om te wonen, werken, zorgen en genieten. Wat er na de lange termijn gebeurt met een woonruimte en de gebruikte materialen, ligt sinds kort binnen bereik. Een ontwikkeling waar Antoinette Wilmot bij Reinbouw blij mee is: “Uiteindelijk doel is dat we met elkaar er voor zorgen dat ook in de toekomst de bouw van woningen niet geremd wordt door het gebrek aan grondstoffen of materialen, en dat we de aarde niet uitputten. Ook de bijvangsten van materialenpaspoorten in de bouw, zoals de archivering van gebouwen met producten, is een meerwaarde. De traceerbaarheid van producten is zeer waardevol voor leveranciers die door de keten heen nu niet weten waar hun producten uiteindelijk worden toegepast. Op deze wijze kunnen zij ook meer service gaan verlenen voor hun eigen producten waardoor deze ook weer van hogere kwaliteit worden.” 

“Een woning is niet enkel meer een eindproduct, maar tegelijk ook een grondstoffenbank voor de toekomst. Dat betekent dat je op een andere wijze gaat kijken naar de engineering van de woning.”

De keten is de kern, dus niet alleen Reinbouw maar ook haar materialenleveranciers moeten in beweging komen voor circulariteit in vastgoedontwikkeling. Wilmot: “Het vraagt ook een inspanning van onze leveranciers om alle materialen in een woning op te kunnen opnemen in Madaster.”  

Een van die leveranciers is Raab-Karcher, leverancier van materialen voor de bouw. Zo’n tien jaar geleden vroegen woningcorporaties al of de ingebrachte materialen van de groothandel wel milieuvriendelijk waren. Dat kon destijds niet zomaar inzichtelijk gemaakt worden. Om daar een antwoord op te kunnen geven, creëerde Raab-Karcher samen met andere partijen een label met levencyclusanalyse als uitgangspunt: Greenworks.

Gerhard Hospers, adjunct-directeur Greenworks: “Tien duurzame materiaal- en productie-eigenschappen en vijf comfortkenmerken vormen het fundament van het concept. Technische productinformatie wordt gecombineerd met alle duurzame aspecten zoals de mate waarin een product is vervaardigd van hernieuwbare en of hergebruikte grondstoffen. De mate van onderhoud en herbruikbaarheid als ongewijzigd eindproduct. Kan dit technisch gezien niet, dan moet een product recyclebaar zijn tot nieuwe grondstoffen. Begin 2011 konden materialen al gekozen worden op basis van circulaire en biobased kenmerken. Daarna kwam de uitdaging hoe we al deze informatie beschikbaar konden stellen voor de markt en hebben we vanuit productinformatiemanagement gebouwd aan de meest rijke database in bouwmaterialenland.” 

“De identiteit van meer dan 50.000 materialen reist mee via een paspoort.”

RaabOnline was geboren en sindsdien hebben klanten 24/7 de beschikking over alle productkenmerken, certificaten, verwerkingsvoorschriften en filtermogelijkheden op de Greenworks-kenmerken en meer. Meer dan 50.000 materialen met een identiteit. Meer dan 50.000 materialen die herhaaldelijk kunnen worden ingezet bij het ontwerpen, bouwen en (her)gebruiken van gebouwen. Hospers vindt het een mooie ontwikkeling dat de identiteit van al deze materialen meereist via een paspoort: “We moeten samen verder bouwen aan een circulair systeem en zorgen dat waardevolle productinformatie niet verloren gaat na oplevering maar ook in de toekomst gekoppeld blijft aan het bouwwerk. Laten we dit vooral simpel en laagdrempelig houden door het creëren van eenvoudige uploadmogelijkheden.”

Dat productinformatie een belangrijke rol speelt, gaf Marijn Emanuel, product owner Madaster, al eerder aan in zijn blogpost ‘Van materialenpaspoort naar gebouwpaspoort…en het productpaspoort dan?’“In een circulaire bouweconomie wordt data vanaf het begin verzameld. Daar waar de materialen worden gemaakt, daar waar van die materialen producten worden gemaakt.” Reden voor Madaster om nog dit jaar koppelingen met productdatabases en leveranciers te realiseren, naast eenvoudige uploadmogelijkheden voor de gebruiker zelf. Zodat productinformatie via materialenpaspoorten beschikbaar komt en blijft.

Informatie. Data. Kennis. Het onderling uitwisselen ervan vormt een cruciale stap om de circulaire economie te realiseren. Dat vraagt om samenwerking, creativiteit en vernieuwing. Maar bovenal het besef dat ieder in de vastgoedketen hier zelf verantwoordelijk voor is.

Auteur: Germien Cox, Madaster